Zelfcompassie
Zelfcompassie in bokstherapie – zachtheid als bron van kracht
Introsectie
Zelfcompassie in bokstherapie is een actieve vorm van moed. In de boksring leren deelnemers met mildheid naar zichzelf kijken, spanning reguleren en het lichaam zien als bron van herstel.
“Zachtheid is ook veerkracht.”
Soms begint heling met het toelaten van zachtheid
Zelfcompassie in bokstherapie laat zien dat kracht en mildheid samen kunnen gaan. Een gespannen kaak, een verhard middenrif en een innerlijke stem die zegt: “Je moet door” zijn herkenbare patronen. In de boksring komen deze vaak naar voren. Ze zijn het gevolg van zelfkritiek, perfectionisme of oude schaamte. Zelfcompassie brengt daar verandering in: het opent een andere toon. Een innerlijke stem die zegt: “Je doet ertoe, ook in je pijn”.
De betekenis van zelfcompassie in Pali
In het Pali – de taal van veel boeddhistische teksten – betekent sati meer dan opmerkzaamheid. Het gaat over herinneren aan verbondenheid en het aanwezig zijn zonder oordeel. Vanuit die aanwezigheid ontstaat karunā, compassie voor lijden, zowel van anderen als van jezelf. Zelfcompassie in bokstherapie sluit hierop aan: mildheid voor jezelf voedt mildheid voor de ander.
Zelfcompassie in bokstherapie – zacht zijn waar het hard is
Tijdens bokstherapie komen vaak patronen van zelfkritiek en overlevingsgedrag naar boven. De bokshandschoen kan symbool staan voor kracht én afsluiting. Zelfcompassie in bokstherapie leert deelnemers voelen wat ze nodig hebben: pauze, adem, of een zachtere stoot. De therapeut fungeert als co-regulerende aanwezigheid en helpt mildheid toe te laten. Zelfcompassie is geen vlucht. Het is aanwezig blijven bij ongemak, met helderheid. In bokstherapie wordt dat zichtbaar als iemand leert pauzeren voor een impuls, een grens stelt of luistert naar het lichaam in plaats van het te dwingen. Zo wordt zelfcompassie in bokstherapie ook een oefening in grenzen herkennen en bewaken.
Neurobiologie van zelfcompassie
Vanuit de polyvagaaltheorie is zelfcompassie verbonden met het ventrale vagale systeem. Waar zelfkritiek het alarmsysteem activeert, helpt zelfcompassie het zenuwstelsel kalmeren. In bokstherapie betekent dit dat een bevroren deelnemer via zachte beweging weer actief kan worden. Iemand met vechtneigingen kan via zelfcompassie vertragen en spanning doseren.
Zelfcompassie ontstaat in relatie
Zelfcompassie ontwikkelt zich vaak in contact met een ander. In de boksring kan dat via een bevestigende blik, een stil moment na het sparren of een oefening in zacht contact. De therapeut belichaamt mildheid, waardoor veiligheid groeit. Zelfcompassie in bokstherapie is geen luxe, maar een basisvoorwaarde voor herstel. Het is een houding die door de hele training heen aanwezig is: van warming-up tot cooling-down. Wie zichzelf in zachtheid durft te ontmoeten, opent de weg naar kracht.
Reflectievraag: Wanneer was de laatste keer dat je met dezelfde mildheid naar jezelf keek als naar een goede vriend?
In de geestelijke gezondheidszorg wordt veel gesproken over afwijking, diagnose, herstel en ‘normale’ ontwikkeling.
Maar wat betekent dat eigenlijk – normaal zijn? En wie bepaalt die norm?
Binnen bokstherapie gaan we uit van een andere benadering. Wij zien gedrag niet als iets dat gemeten of gecorrigeerd moet worden, maar als een betekenisvol signaal. Elke fysieke reactie – van terugtrekking tot overactivatie – draagt een verhaal in zich. Vaak is dat verhaal ouder dan woorden, en leeft het voort in het lichaam.
De Franse filosoof Emmanuel Levinas stelde dat het menselijke niet ligt in het verklaren van de ander, maar in het erkennen van diens anders-zijn. “De ander dwingt mij mijn wereld open te breken,” schreef hij. Zo bezien is ‘normaal’ geen objectieve maat, maar een grens tussen mij en de ander – een uitnodiging tot ontmoeting.
Bokstherapie biedt geen pasklare norm. Het is geen route naar een vooraf bepaald eindpunt, maar een uitnodiging om te voelen wie je bent, wat je lijf vertelt, en waar jouw grenzen en verlangens liggen. Dat proces verschilt per persoon. De bokstherapeut is daarbij geen beoordelaar, maar een getuige. Iemand die meebeweegt, afstemt en ruimte houdt.
Zo verschuift de vraag van:
“Hoe word ik weer normaal?”
naar:
“Wat in mij vraagt om aandacht, ruimte en erkenning?”
Die beweging – van oordeel naar aanwezigheid – vormt de kern van belichaamd herstel. In de ring komt er geen oordeel. Alleen adem, aanwezigheid, actie en stilte.
Daar ontstaat ruimte voor wie iemand werkelijk is – niet ondanks, maar dankzij de unieke sporen van het leven.
VERANTWOORDING
De tekst benadrukt de eigen verantwoordelijkheid van de lezer in het interpreteren en toepassen van de aangeboden kennis, en moedigt aan tot een actieve, onderzoekende houding in het leerproces.
– Kristin Neff – Self-compassion: The proven power of being kind to yourself
– Tara Brach – Radical Acceptance
– Thich Nhat Hanh – The heart of the Buddha’s teaching
